Totdat we ’s ochtends een telefoontje kregen, ergens waar de
mobiel net 1 streepje verbinding toonde en de koeien de ringtone overstemden.
‘Thuis’ gaf het schermpje aan. We wisten stiekum al waarom het was. Opa en oma
Brul bellen niet om elk wissenwasje naar het buitenland. Mark’s neefje Roef was
geboren op 29 april, helemaal gezond. We hebben het in de morgenzon staan
vieren in het voortuintje van ons huisje in Biassini. De gauchos vielen van hun
paard van verbazing.
Destijds hadden we nog 2 maanden en 2 dagen voor de boeg om
Roef in het echt te kunnen zien. Want we vliegen alweer bijna terug (27 juni).
We hadden eigenlijk zin om die dag al terug te vliegen, maar we houden het nog
even bij Skype contact. En we genieten nog altijd volop van het Uruguayaanse leven.
We zijn momenteel bezig om ons ontwikkelwerk (de game voor de XO) van 9 maanden
in een ‘pilot’ te testen op 9 plattelandsscholen in Salto. Maar wat doen we nu
precies in onze ‘pilot’? Laten we een dag grijpen uit ons plattelandsbestaan.
Om 7.00 gaat de wekker en rollen we uit ons te harde bed.
Goed kijken of er geen vogelspin in de schoen zit of een slang in de broekspijp
is gekropen. We wekken een van de ‘bobas’, onze collega, die praktisch bij ons
in de slaapkamer ligt te ronken. En we koken water, en nog meer water. Om
te douchen, want er is geen warm water uit de kraan, en voor de
onmisbare maté.
Om 8.30 komt onze chauffeur in de jeep voorgereden. Elke
ochtend met een andere verrassing: dit keer had hij paté en krackers meegenomen
als ontbijt. Zijn bijnaam is Bebote (speelgoed pop) en zijn altijd rode
kinderwangen en pretogen doen zijn bijnaam eer aan. Daniel is de beste remidie
voor een ochtendhumeur. Als we over de pampas rijden met hem, toetert hij naar alle dieren om telkens weer in een schaterlach uit te barsten: ‘zag je
hoe het schaap rende’ of ‘die emu kijkt zo dom als ik toeter’, en draait hij
zijn hoofd 90 graden zoals de emu dat ook doet.
Om 10.00 en 100km verderop komen we aan in de eerste school,
ditmaal Paso Potrero. Het armste dorp en met minder dan 10 daken van golfplaten
niet van significant belang voor geen enkele politici, instantie of andere
hulp. Altijd zijn de kinderen schichtig en veilig in een groepje bij elkaar als
we aankomen. Maar gelukkig na een aantal weken intensief werken met ze, hebben
we het vertrouwen van ze gekregen. Ze groeten ons, we maken een grap en na een
tijdje praten ze meer in 1 minuut dan in alle voorgaande 10 bezoeken bij elkaar.
Op de school doen we ons kunstje in de vorm van een
workshop. We werken met de game, spelenderwijs
behandelen we het onderwerp van de week ‘vetten’ en doen nog veel meer, wat te
lezen is op de Movimiento website. Na een gezamenlijke lunch en een potje
voetbal, reizen we naar de 2de school. Hier herhalen we het kunstje.
Om 15.00 sluit de school en rijden we zo’n 150 km over
zandwegen en provinciale asfaltwegen over uitgestrekte pampas. We
zwaaien naar een gaucho ter paard, die zijn 30 koeien verplaatst naar een ander
stuk weiland. Een arend zit op een paal, een valk bidt in de lucht. Het is
herfst hier, de wind wat fris en de zon nog fel genoeg om letterlijk miljarden
roze en gele herfstbloemen in de pampas te laten ontspruiten. Een kleurrijk
tapijt dat is uitgerold over de heuvels en reikt tot aan de horizon.
Om 16.00 komen we aan in het huisje en de lokale jeugd staat
te trappelen van ongeduld. De volleybal training staat op de agenda. Gimena,
Rodrigo, Macarena, Dorrila, Marco en alle anderen dragen de ballen en lopen met
ons mee om de hoofdweg over te steken naar het betonnen veldje. Hier staan ook
de oudere jongeren met brommers en motoren. Peukje op de lip, petje achter over
en met een stoere blik knikken ze een keer goedendag. Erg spraakzaam zijn ze
niet, maar dat komt wel los bij het spelen.
Met een foute grap naar een van de grootste praatjesmakers,
houden de oudere jongeren zich wat gedeisd bij een oefening. “Door de knieen
gek, je staat er als een manke opa bij.” Voor gek gezet door een ‘gringo’, ze
lachen zich de bulten en de gek ook. Voor 5 minuten hebben ze wat concentratie
te pakken om de oefening te volgen. Daarna volgt weer wat chaos en gekloot.
Wanneer de aanval wordt geoefend, staan ze te popelen.
Vechtend om een plek op de eerste rang vallen ze direct stil bij elke tip die
wordt gegeven. En het partijtje dat volgt wordt gespeeld alsof het de finale
van de wereldbeker voetbal is. Vier lampjes van 500W worden aangezet om het
veld wat te belichten na zonsondergang. Net genoeg om de bal te zien, want van
stoppen willen ze niet weten. Zelfs de stoerste van de groep vraagt na afloop
of we niet ook in het weekend kunnen spelen. Een bal alleen is niet genoeg, ze willen
leren van de ‘profe’.
Uitgeput lopen we naar huis en brengen we de kleintjes naar
huis. In het huisje steken we de openhaard aan, kopen wat vlees (de verkoopster
vraagt telkens weer of 1 stuk vlees per persoon niet onvoldoende is) en groente
(lastiger te vinden). We proberen ons met internet te verbinden om mails te
sturen, coordineren wat via de telefoon en drinken een klein pilsje.
Zo komen we de week door, om de weekenden naar Salto stad of
Montevideo te gaan. En rijden we zo af en toe motor. Iets van een honda, 125cc en het heeft ook 2
wielen. Wat lullig dat de band lek ging tussen de koeien. Maar al gauw kwam het hulpje van doktor Ramon aangereden om de band te plakken. Ook volgen we FC Twente via internet radio of
fixen we dagelijkse problemen: electriciteit dat uitvalt of emmers plaatsen in
het huisje op plekken waar het lijkt bij een goede regenbui.
Back to the
basics, voor zolang het nog kan.