Twee dagen voor vertrek lijkt de hele afgelopen maand me opeens in te halen en genadeloos onderuit te schoffelen. Ik sta weer eens op het dak en kijk uit over Hewler. De zon prikt in mijn nek. Flarden van de afgelopen maand vliegen als een wervelwind door mijn gedachten. Een close up van mijn starende blik in de verte, een zucht.
Een uurtje richting het zuidoosten, een drukke markt. Een klein jochie loopt met zijn oma door de wirwar van mensen. Hij vergaapt zich bij elke kraam aan de bergen fruit en groente me hun prachtige kleuren. De oude vrouw kijkt liefdevol naar haar kleinzoon. De zon weerspiegelt in zijn oog.
Een dag eerder, de zon schittert op de rivier Zab. Twee jongens lopen met hun kudde koeien, geiten en schapen langs de bedding. De dieren doen zich tegoed aan het water, de jongens lachen onbezorgd. Hoog boven ze staat een groepje westerlingen naar ze te kijken.
November 2008. Net over de grens op Koerdisch grondgebied staat een tank. In de tank zitten drie Turkse militairen. Ze lachen en kletsen met elkaar. Eén van de mannen laat een foto van zijn zoontje zien. In een flashback rent hij hem achterna in de tuin. Het zonlicht wordt gebroken door de waterdruppels van een sproeier. Een regenboog in duizend stukjes
In een wit bestelbusje zit een man te lezen. Een vreemde kalmte heeft zich van hem meester gemaakt. Hij legt zijn boek weg en kijkt vredig naar de menigte op de marktplaats. De motor komt tot leven en het busje zet zich in beweging.
Een Arabisch meisje stapt onder een waterstraal. Haar kleding raakt doorweekt en haar BH schijnt door haar blouse. Auto’s minderen vaart en steken hun hoofd uit het raam. Mahdi roept dat de opname goed is. Ze gaat in de zon staan om op te drogen, drie westerlingen wandelen weg van de set.
Enkele jaren daarvoor, Mosul. Een gezin ligt te slapen als er op de deur wordt gebonkt. Ze springen uit bed en rennen door het huis. De camera schiet hand held tussen de mensen door. Korte shots wisselen elkaar snel af, de paniek is voelbaar. Een jong meisje met een prachtige glimlach kijkt naar haar vader en moeder. De blikken terug doen haar glimlach verstommen.
Ahmed zit thuis op de bank met een notitieblok. Hij schrijft wat ideetjes op voor zijn film. Naast hem op de bank zit zijn broer een geweer schoon te maken. Hij vecht bij één van de vele milities. Van buiten komt het geluid van de oorlog. Doffe knallen in de verte.
Naast me staan Bill en Beri, achter ons ligt de filmset. Ver beneden me zie ik twee jochies lopen langs de rivier, een grote groep vee om ze heen. Wat zouden ze denken? Zouden ze hoop hebben voor de toekomst?
Een shot van een prachtig landschap. Het rustige geluid van vogels en krekels wordt verstoord door een onheilspellend gekraak. Een blikkerige radioboodschap volgt. De camera beweegt naar achteren en toont de tank. Hij begint langzaam van de heuvel te rollen.
Het jongetje eet een banaan en trekt aan zijn oma’s hand. Zijn blik glijdt over de vele vissen die liggen uitgestald. De oude vrouw ziet uit haar ooghoek hoe een wit busje het plein oprijdt.
In de hel van Bagdad schrijft een journaliste van CNN over de schoenenwinkels die worden vervangen door winkels met medische spullen. Er is geen behoefte meer aan schoeisel, maar des te meer aan rolstoelen en krukken. Twee straten verder wrijft Ahmed over zijn pijnlijke been. Hij glimlacht en geeft instructies aan zijn crew.
Een deur gaat langzaam open. In het schijnsel van twee koplampen staat een groep militairen. Het meisje gaat voor haar zusjes staan. Haar vader wordt handhandig naar buiten getrokken.
Een duim drukt in slow motion een knop in. In 0,001 milliseconde schiet een elektrische puls door een aantal draden heen.
Augustus. De korte films van Mahdi, Ahmed en alle andere studenten draaien op het Korte Film Festival van Hewler. De toekomst van de Koerdische en Irakese filmindustrie zit verzameld in het donker. Ze krijgen een warm applaus als de films zijn afgelopen. In Bagdad wordt het huis van Ahmed’s familie onder vuur genomen door Amerikaanse troepen.
De tank komt tot stilstand in een groot weiland. De camera draait er omheen en op de achtergrond wordt een dorpje zichtbaar. De Turkse mannen luisteren naar de radio. Ze denken aan hun gezin en kijken elkaar stil aan als het bevel volgt.
Het witte bestelbusje scheurt open en laat een enorme vuurbal over de marktplaats rollen. We zien het jongetje en zijn oma een fractie van een seconde verstrakken. Dan worden ze door de schokgolf en het vuur in een kolkende massa van fruit, kraampjes en mensen weggeveegd. Het beeld fade naar wit.
Het meisje ziet hoe haar vader buiten op de grond geduwd wordt. Op zijn knieën kijkt hij naar zijn gezin dat in de deuropening staat. Dan hoort hij een knal en voelt een warme straal langs zijn gezicht lopen. Hij voelt zich koud worden. In stilte ziet het meisje hoe haar vader levenloos in elkaar zakt.
Op het dak van een hotel in Hewler staat een Nederlandse jongen. Twee dagen voor vertrek lijkt de hele afgelopen maand hem opeens in te halen en genadeloos onderuit te schoffelen. Zijn hoofd loopt over van de indrukken. De talen die hij niet spreekt, de mensen die hij heeft ontmoet, de verhalen die hij heeft gehoord. Hij zucht, zijn blik is troebel. Twee dagen later zal het vliegtuig waarin hij zit langzaam loskomen van de grond. De grond van een verscheurd land, de grond van hoop en gebroken dromen.
To be continued…